Opdrachtgever: Gemeente Vianen
Betrokkenen: Gemeente, corporatie, zorg, welzijn, politie, wijkbewoners, ouderenbonden.
Projectbeschrijving
Om de woonservicezones in Vianen daadwerkelijk te realiseren, was het nodig een goede verbinding te leggen tussen fysiek en sociaal, tussen droom en daad én tussen alle betrokken partijen. Schakelen, verbinden en borgen, daar gaat het om. De gemeente zocht een ervaren programmamanager en vond die in Ellen Olde Bijvank. Zij zette zich gemiddeld twee dagdelen per week in voor de werkzaamheden. Bijzonder aan de aanpak is de actieve betrokkenheid van de wijkbewoners bij één van de woonservicezones.
Resultaten
Inzicht en overzicht
Eén van de eerste resultaten was het inzichtelijk maken wat er in de gemeente al aan voorzieningen was. Dit bleek eigenlijk al heel veel. Het gaat meer om afstemming, dan het creëren van een totaal nieuw aanbod. Inmiddels is alle informatie digitaal beschikbaar gemaakt door middel van ‘de sociale kaart’.
Idee van nabuurschap concreet vormgegeven en op gang gebracht
Opvallend echter was wel dat in de wijk Monnikenhof/Amalisatein het voorzieningenniveau nog beperkt was. Hier is het concept van de woonservicezone samen met de wijkbewoners verder uitgewerkt en op maat gemaakt voor de betreffende wijk. Bijzonder element was dat een groep wijkbewoners erg warm liep voor het principe van Nabuurschap. Dit concept is samen met hen in een concreet plan uitgewerkt zodat verwachtingen van iedereen gelijkgeschakeld zijn en dit heeft als basis gediend voor verdere uitrol. De bewonersorganisatie heeft onder de wijkbewoners (met ondersteuning op afstand van Ellen Olde Bijvank) zelf een behoefte-onderzoek uitgevoerd. Dit leverde naast veel informatie, 80 potentiële vrijwilligers op. De bewonersorganisatie heeft de smaak te pakken en timmert inmiddels behoorlijk aan de weg.
Zorg gedragen voor belangrijke randvoorwaarden
Tot slot kosten initiatieven ook geld. Het resultaat is dat de gemeente structureel geld beschikbaar heeft gesteld voor het kunnen huren van eigen ruimten voor drie dagdelen per week. Een bijzonder resultaat is dat er inmiddels voldoende geld beschikbaar is voor de initiële investering die nodig is voor het opstarten van het wijkloket. Daaraan heeft een ieder zijn bijdrage geleverd: gemeente betaalde 1/3, de bewoners haalden zelf 1/3 binnen via fondswerving en de corporatie plus de drie zorgorganisaties droegen tezamen eveneens 1/3 bij. Om zorg te dragen dat de werkzaamheden ook na het vertrek van de programmamanager van Ellen gecontinueerd worden, trok zij actief samen op met één van de gemeenteambtenaren.
Meer informatie over de bewonersorganisatie zie hun website. Of lees het interview in vakblad Aedes waarin de bewonersorganisatie en de gemeente aan het woord zijn over de huidige ervaringen (aantal jaar na de implementatie).